Hotspots van waarde

Ons aller burgemeester vraagt zich af of de huidige huurders van de Vasim de noodzakelijke renovaties wel kunnen betalen. En de Radboud Universiteit gaat onderzoeken of wat er in de Honig fabrieken gebeurt wel toegevoegde waarde heeft. In andere steden zijn dat soort vragen niet nodig.
Ik schrijf dit als ik net terugkom uit De Hallen in Amsterdam: een gigantisch complex in Amsterdam-West, vijftien jaar geleden verlaten als centrale tramremise van onze hoofdstad, op dit moment uitgroeiend tot een creatieve en culinaire hotspot met uitstraling tot ver over de stadsgrenzen. Om dit stuk industrieel erfgoed te herbestemmen werd een stichting opgericht, die er vijftien jaar lang over deed om kapitaal aan te trekken en ideeën te ontwikkelen. De ruimten worden met heel veel visie gerenoveerd en gerestaureerd. Er zit nu een hotel in dat altijd is volgeboekt, een bibliotheek (kennelijk heeft de gemeente Amsterdam nog wel wat over voor de leesbevordering) een spijkerbroekenmaker, een alternatieve fietsenmaker, bioscoopzalen, een filmstudio, een foodcourt en verschillende restaurants.
Heel Amsterdam West fleurt er van op en wordt de hottest hood in town. Gefinancieerd met privaat geld, midden in de crisis. En, naar ik me laat vertellen, er zijn mensen met geld in onze hoofdstad die balen als een stekker dat ze er niet aan hebben meegedaan.
Wat doet het geld in onze stad? Geen idee. In Groesbeek bouwen ze er voetbalclubs mee, maar wat bedenken de rijken bij ons? Dat ze een neptoren willen bouwen in een stadspark en aan die bouw dan zelf verdienen, daar blijft het wel zo bij.
Kent u De Cacaofabriek in Helmond, of all places? Een verschrikkelijk vervallen pand buiten de 'stad'. Rijp voor de sloop. In dit geval sprong de gemeente in. Ook dat pand werd onder architectuur en met veel visie getransformeerd tot een culturele 'hotspot'. Zit ook een concertzaal in en een chocolaterie, en de plaatselijke omroep, en een architectenbureau, en een expositieruimte, en een grand café. Een desolate hoek van een toch al tikkie treurige plaats is nu een springplank voor verdere stadsontwikkeling geworden. Want daar in de buurt wil je wonen.
En in Nijmegen? Het is aan de crisis te danken dat de Honigfabriek er nog staat. En misschien een beetje aan monumentenzorg dat de Vasim-fabriek er nog staat. Waar dan dus Europees geld in gestopt zou worden om een kansloos oorlogsmuseum te bouwen. Dat museum moest dan de verbouwing dragen. Kansloos plan voor iedereen die iets van projectontwikkeling en bouwkosten weet. Luchtfietserij. En wat denken de grutters der gemeente nu? We gaan de huur van de kunstenaars en fietsenmakers ter plekke zó verhogen dat we de tochtgaten kunnen stoppen en een nieuw likje verf kunnen geven. En over de Honig vragen we een onderzoek. Loont het een beetje wat daar gebeurt? Misschien dat we de boel dan wel overeind laten staan, en een beetje brandveiliger laten maken.
Zo gaat het dus allemaal nooit wat worden. Wat nodig is is een stichting die naar geld ruikt en die geld ruikt. Het gaat hier om twee geweldige lokaties: op loop- of fietsafstand van de binnenstad, met grand-view op het voorbijvliedend water, eenvoudig aan te vliegen van verre afstanden en ruim parkeren. Met bovendien, inderdaad, bewoners die culinair, cultureel, circustechnisch, bouncerig en fietserig, heel bijzondere dingen doen.
Zoiets vraagt om ruim investeren. Ik schat een miljoen of twintig, dertig. Maar dan heb je ook een luxehotel, een longstay-hotel (voor expats op de Unie, in de ziekenhuizen en van de grote internationale bedrijven) , bioscoopzalen, expositieruimten, dancings, restaurants en wat niet al. En nee, dat hoeft geen Van der Valkisering en Blokkerisme te worden. Dat kan precies de hotspot blijven die het nu is en tóch renderen. Moet dat kapitaal dus wel gevonden worden. Valkhoftorentje bouwen is voor kleuters. In de Vasim en de Honig mogen de Echte Mannen (en Vrouwen) hun tanden zetten!