Skip to main content
Storytelling Festival Nijmegen 2025, are you ready to celebrate your story?

Storytelling Festival Nijmegen 2025, are you ready to celebrate your story?

Voorbeschouwing Nederlands Film Festival 2023

Gouden Kalf-competitie beetje bleekjes

| Peter Verstraten | Column
Voorbeschouwing Nederlands Film Festival 2023
Nederlands Film Festival

Aanstaande vrijdag, 22 september 2023, start het Nederlands Film Festival (NFF). Zal dat festival de tamelijk bleke oogst aan Nederlandse fictiefilms van dit jaar nog wat opfleuren? Interessant is in elk geval dat de definitief laatste film van Jos Stelling, De Dans van Natasja, er te zien zal zijn. Dat is bijzondr omdat Stelling, inmiddels 78 jaar, in 1981 het initiatief nam tot wat toen Nederlandse Filmdagen heette. Het werd een jaarlijks terugkerend festival, dat in 1993 werd omgedoopt zijn huidige naam kreeg.

Behalve De Dans van Natasja gaan er tijdens het festival nog vier lange speelfilms in première die meedingen in de Gouden Kalf-competitie: Beraber van Mete Gümürhan, Crossing van Jacqueline van Vugt, slotfilm Zomervacht van Joren Molter en openingsfilm Sweet Dreams van Ena Sendijarević. Deze laatste titel heeft al met redelijk wat succes op buitenlandse festivals gedraaid, met onder meer een Gouden Luipaard voor Renée Soutendijk als beste actrice op het festival van Locarno. De verwachtingen over Sweet Dreams zijn bovendien opgekrikt, omdat de film is geselecteerd als Nederlandse inzending voor de Oscars. Deze film draait op 22 september als voorvertoning in LUX en is vanaf 28 september regulier in de bioscopen te zien.

Sweet Dreams hoog op de kandidatenlijst

Op voorhand lijkt Sweet Dreams daarmee de belangrijkste gegadigde om het Gouden Kalf voor de Beste Speelfilm te winnen tijdens het slotgala op vrijdag 29 september. Op de meest actuele lijst zag ik dat er twintig titels voor die competitie in aanmerking komen; op 24 september worden de nominaties bekend gemaakt. Ik heb niet alle films gezien, maar heb wel allerhande Nederlandse speelfilms bezocht die ik op die langere lijst had verwacht. Niet omdat het geheide winnaars zouden zijn, maar toch. Zo ontbreken twee titels die nota bene op het IFFR vertoond zijn als Nederlandse premières. De ene is Goodbye Stranger van Aaron Rookus, een sympathiek portret van een Amsterdamse millennial, die we op een dag vol twijfel volgen omdat hij dacht dat de baan in Londen al in kannen en kruiken was. De andere is Nummer Achttien van Guido van der Werve. Die film is wél opgenomen, in de categorie Forum van de Regisseurs – een rubriek toegespitst op filmmakers met een eigenzinnige visie. Nummer Achttien was mij soms wat al te particulier, maar eigenzinnig was de film zeker. Ook Femi van Dwight Fagbamila over een jongen uit Eindhoven die worstelt met het verlies van zijn vader daarbij hulp krijgt van een Nigeriaanse priester, is niet meegenomen. Weliswaar is de film misschien meer stijl dan inhoud, maar zoals Filmkrant oordeelde: dat mag zo zijn, maar dankzij de stilistische keuzes wordt het wel echt ‘film’. Dat grote publiekgerichte werken als De Vuurlinie van Roel Reiné en De Tatta’s van Jamel Aattache niet op de nominatielijst staan, hoort een beetje bij de traditie van het NFF, maar Klem van Frank Ketelaar is toch een teken aan de wand. De serie die eraan voorafging kende ik niet, hoewel ik wist dat die uitvoerig werd geroemd. De film riep bij mij enkel de vraag op: hoe is het mogelijk dat een serie die blijkbaar erg goed is tot zo’n magere film kan leiden? Is het misschien zo dat wat we op het kleine(re) scherm als prima beoordelen, bijna ‘als vanzelf’ vervluchtigt als het wordt opgeklopt tot het grote scherm. Danken de televisieseries hun succes zozeer aan het scenario dat het stilistisch wat schraal wordt als ze met filmwetten te maken krijgen? Om met Filmkrant te spreken, zou je dan zeggen: anders dan Femi is Klem nauwelijks ‘film’.

Weinig overtuigend aanbod

Vooropgesteld, al die ontbrekende films hebben niet het soortelijk gewicht om te kunnen winnen, maar de wél gennomineerde films hebben op mij evenmin een onuitwisbare indruk gemaakt. De man uit Rome van Jaap van Heusden was nog de beste, met een ruime voldoende, maar de meest recente films van gelauwerde makers als Sacha Polak (Silver Haze) en Saskia Diesing (Het Verloren Transport) waren minder dan hun eerdere werk. Zee van Tijd van Theu Boermans was voor mij wat overgedramatiseerd. Ik heb de televisiefilms op de lijst gemist, zoals Vaders & Zonen van Jörgen Scholtens en Dojo van Boris Paval Conen. Maar als zulke films niet alsnog in de bioscoop worden uitgebracht, zoals indertijd Aanmodderfakker (2014) van Michiel ten Horn, dan lijkt het me toch vooral opvulling om de lijst tot twintig titels op te rekken.

Soms kan een kinderfilm verrassend goed scoren. Zij die Kiddo van Zara Dwinger gezien hebben (ik niet), waren er positief over en het geëngageerde Totem van Sander Burger was vorig jaar de openingsfilm van Cinekid. Burgers eerste speelfilm Olivier, etc. was uit 2006, maar zijn belangrijkste wapenfeit is zonder meer De Veroordeling, waarmee hij in 2021een Gouden Kalf voor Beste Film won. Dat door covid geplaagde filmjaar was frappant genoeg een van de sterkste edities van de Gouden Kalf-competitie sinds tijden, want De Veroordeling concurreerde met onder meer De Slag om de Schelde, een voor Nederlandse begrippen ongekend groots opgezette productie, en met De Oost, de film van Jim Taihuttu over de door Nederlandse soldaten onder leiding van Raymond Westerling gepleegde excessen in de strijd tegen Indonesische vrijheidsstrijders.

Pech voor De Oost: uitgebracht in het verkeerde jaarAttachment-1.jpeg

Vanwege de stevige concurrentie zou De Oost in bijna alle andere jaren beter beloond zijn met filmprijzen tijdens het NFF dan die ene voor muziek. Maar als die film van Taihuttu in 2021 te karig bedeeld werd, dan moet er nu maar meer eer zijn voor Sweet Dreams, die andere, eigentijdse film waarin het Hollandse koloniale verleden kritisch wordt belicht. Afgaande op Sendijarevičs voorgaande werk zal de film, die ik dus nog niet zag, vast van bovengemiddelde kwaliteit zijn. Haar korte films, zoals Reizigers in de Nacht (2013) en Import zijn intrigerend. Haar eerste lange speelfilm Take Me Somewhere Nice (2019) over een in Nederland opgegroeide Bosnische tiener die haar zieke vader in Bosnië wil opzoeken, werd in de Britse kwaliteitskrant The Guardian vergeleken met Stranger than Paradise van Jim Jarmusch en het werk van Aki Kaurismäki. De film met zijn verstilde shots heeft vervreemdende camerahoeken, raar versterkte geluiden en de indruk van de film als een absurdistische constructie wordt benadrukt door de dominante kleuren zuurstokroze en mintgroen.

Sweet Dreams fleurt jaaroogst wat op

Als de voortekenen niet bedriegen fleurt opvolger Sweet Dreams de Nederlandse jaaroogst op... voor een beetje althans.

 

Getagd onder

Deel dit artikel