Het heil van ‘tweederangs ideeën’: Maxxxine

Een paar weken geleden oordeelde ik over The Bikeriders van Jeff Nichols dat het een (te) gelikte nabootsing was van jaren zestig motor(bende)films. Van mij had die wel wat groezeliger gemogen, dan was de film met meer recht een hommage geweest aan bijvoorbeeld The Wild Angels en Easy Rider. Maxxxine van Ti West, daarentegen, oogt wel zo vuig als de jaren tachtig slasher-horror waardoor die geïnspireerd is.
Maxxxine is het slot van een trilogie, die in 2022 begonnen was met Pearl en X, steeds geregisseerd door West en steeds met Mia Goth in de hoofdrol. Die films waren allebei gewaagd-goed. Pearl ging over een jonge vrouw die in 1918 het boerenleven van haar ouders gedag zegt en een acteercarrière nastreeft. Tomeloos als ze is in haar ambitie kijkt ze niet op een dode meer of minder.
Diezelfde Pearl is een bejaarde vrouw in X en woont op een boerderij met echtgenoot Howard. In 1979 verhuren ze een onderkomen aan een filmploeg die een seksfilm wil opnemen. Pearl is enorm gefascineerd door de jonge Maxine, in wie zij haar jonge ‘ik’ herkent (het is een dubbelrol van Goth). Vanaf het moment dat Pearl heimelijk toekijkt bij een seksscène met Maxine in de stal, ontspoort de bejaarde vrouw. Er vallen slachtoffers bij de vleet: zo wordt de blondine in het gezelschap verorberd door een krokodil nadat Pearl haar in het water heeft geduwd. Uiteindelijk is Maxine de enige die het bloedbad overleeft, in een film waarbij we een evangelist op de televisie voortdurend horen preken over zonde en rechtschapenheid.
Motto Bette Davis
Niet alleen die evangelist keert terug in Maxxxine, maar ook allerlei flarden uit de film X keren terug als nauwelijks onderdrukte herinneringen van Maxine Minx. Het is nu 1985 en hoewel zij zich als een succesvolle actrice heeft ontpopt in adult movies, begint ze met haar 33 jaar al wat op leeftijd te raken voor haar werk. Ze is vastbesloten een ‘crossover-artiest’ te worden, ook al wordt ze erop geattendeerd dat een achtergrond in de porno-industrie als een nadeel geldt.
Maxine gaat auditie doen voor de horror-sequel The Puritan II, die geregisseerd zal worden door de Britse Elizabeth Bender. Deze regisseuse steekt haar artistieke ambities niet onder stoelen of banken: ‘Ik maak een tweederangs film met eersterangs ideeën.’ Maxine is ervan overtuigd dat zij de hoofdrol zal krijgen en dat dit als startpunt zal fungeren voor een glitterrijke loopbaan. Zij spiegelt zich aan actrices als Brooke Shields en Jamie Lee Curtis die ook via de horror een sterrenstatus hebben verkregen.
Een aan het begin van Maxxxine als motto geciteerde uitspraak van Bette Davis over de filmindustrie lijkt Maxine letterlijk te nemen als haar lijfspreuk: ‘Zolang je in mijn beroep niet wordt afgebeeld als een monster, kun je geen ster zijn’. Met haar acteerverleden voldoet ze aan de voorwaarde dat ze als ‘monster’ is gebrandmerkt, meent ze. Haar andere motto heeft ze van haar vader geleerd toen ze jong was: ‘I will not accept a life that I do not deserve,’ een zin die in een geheel andere situatie nog eens zal worden herhaald.
Opkomst slasher
Maxine is niet alleen een ‘monster’ vanwege haar beruchte filmachtergrond, maar ook vanwege haar moordzuchtige verleden. Dat komt te pas als ze in het nachtelijk duister een confrontatie aangaat met een als Buster Keaton uitgedoste messendrager. Die relatief vroege en ronduit brute scène vormt een visitekaartje voor de film: Maxxxine wil een onverbloemde slasher zijn, een aanvankelijk wat verguisde vertakking binnen de horror, vanwege de manier waarop bloedvergieten zo grafisch in beeld wordt gebracht.
Films als The Texas Chain Saw Massacre (Tobe Hooper, 1974), Black Christmas (Bob Clark, 1974) en Halloween (John Carpenter, 1978) markeren de opkomst van de slasher. Was het gebruikelijk in reguliere horror dat de bedreigde vrouw op het laatste nippertje door een man werd gered, de slasher lanceert de Final Girl, een door filmwetenschapper Carol Clover gemunte term. Alle meisjes of jonge vrouwen die ook maar enige erotische lust etaleren, leggen het loodje, maar dankzij moed en vindingrijkheid overleeft het wat jongensachtige meisje als enige het door de moordenaar veroorzaakte bloedbad.
Maxxxine is qua psychologische ontwikkeling geen typische slasher. In de klassieke variant van dit sub-genre is de moordenaar een gefrustreerde jonge man die met zijn mannelijkheid in de knoop zit, vaak vanwege een te hechte moederbinding. Hij richt zijn agressieve energie tegen vrouwen: hoe vrouwelijker, hoe meer het zijn vernietigingsdrang aanwakkert in een geforceerde poging zijn man-zijn te bewijzen. De Final Girl is in feite de tegenpool van de moordenaar: net als hij heeft zij wat androgyne kenmerken, maar haar wat jongensachtige voorkomen deert haar allerminst. Zij lijkt daar eerder wat positieve branie aan te ontlenen.
Typisch jaren tachtig
In tegenstelling tot de klassieke Final Girl is Maxine juist erg vrouwelijk en bovendien heeft de in leer geklede Night Killer die volgens nieuwsbulletins de contreien onveilig maakt, geen problematische moederbinding. Maar voor het overige betoont Maxxxine volop eer aan de slasher dat in de vroege jaren tachtig hoogtijdagen beleeft. Sterker nog, stel je zou als tijdreiziger die geen notie heeft van jaartallen plompverloren in de bioscoop belanden waar Maxxxine draait, dan zou je zo maar kunnen gokken dat het echt 1985 is.
De belettering is typisch eighties; er zijn shots met ouderwetse VHS-kwaliteit; Kevin Bacon speelt mee, die een ster werd met Footloose uit 1984; de muziek is uit die periode met ‘Obsession’ van Animotion, met ‘Bette Davis’ Eyes’ van Kim Carnes, ‘Welcome to the Pleasuredome’ van Frankie Goes to Hollywood. Wat mij betreft speelde de film met vuur door aan het begin een lange versie van het afgezaagde ‘Gimme All Your Lovin’ van ZZ Top te laten horen, maar toen de film daarmee wegkwam, wist ik: deze film is geheel aan mij besteed.
Gepaste clichématige slotakte
De kritiek die Maxxxine ten deel valt, is vooral dat de slotakte zo clichématig was en afgeraffeld werd. Dat klopt zonder meer, maar het einde stoorde me geenszins, om twee redenen. Ten eerste riep het bij mij qua thematiek herinneringen op aan het geweldige Hardcore (Paul Schrader, 1979). Ten tweede, en veel belangrijker nog, die banale afronding maakte Maxxxine des te meer een film die de hoed afneemt voor die goedkope ‘B-slashers’. Als de regisseuse-in-de-film een ‘tweederangs film met eersterangs ideeën’ beoogt te maken, dan vond ik het wel zo gepast dat Maxxxine een ‘tweederangs film met tweederangs ideeën’ is. Hij doet geen poging om het genre kwalitatief te ontstijgen, maar Maxxxine heeft als verdienste dat hij zich anno 2024 met de beste slasher-films uit de jaren tachtig kan meten – zoals Ms. 45 (Abel Ferrara, 1981), The New York Ripper (Lucio Fulci, 1982), Tenebrae (Dario Argento, 1982), A Nightmare on Elm Street (Wes Craven, 1984).
Behalve in Vue en Pathé draait Maxxxine ook in LUX. Dat is om twee redenen frappant, of zo u wilt, ironisch. Ten eerste schreef ik eerder over Longlegs dat die film in de griezelsector viel, en daardoor misschien meer geschikt voor filmhuis dan bioscoop is. Het wat verfijndere Longlegs wordt niet vertoond in LUX in tegenstelling tot het wat meer smoezelige Maxxxine. Ten tweede, in 1985 zou het ondenkbaar geweest zijn dat een slasher à la Maxxxine in een filmhuis zou draaien, maar een retro-slasher, dat kan anno nu (gelukkig) wel.